K. Winkel

Het IVVV-congres


Bron: De Internationale, orgaan van de Nederlandse sectie van de IVe Internationale, aug. 1965, jg. 8.
Deze versie: spelling
Transcriptie/HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
| Hoe te citeren? — Graag bronvermelding !

Qr-MIA

       


Deel deze tekst met een kennis
Het e-mailadres:


De leiding van het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen, dat in juli zijn achtste wereldcongres in Amsterdam hield, is er niet in geslaagd om de interne meningsverschillen helemaal uit de openbare zittingen te houden. Ook uit de burgerlijke pers heeft men al kunnen merken waarom het voornamelijk ging: Meany, de leider van de Amerikaanse vakbonden, wilde een verheviging van de kruistocht tegen het communisme en alles wat daaronder volgens hem valt; de leidingen van een groot aantal bonden, die veel meer rekening moeten houden met de antikapitalistische gezindheid van hun leden, wilden hem daarin niet volgen. Als het aan Meany had gelegen waren de Amerikaanse bonden (AFL-CIO) uit het IVVV gelopen. Blijkbaar hebben de andere Amerikaanse delegatieleden dat weten te voorkomen omdat ze begrijpen dat de AFL-CIO dan helemaal geïsoleerd zal staan in de “vrije wereld”, en dit zou ook niet in het belang zijn van de Amerikaanse buitenlandse politiek die het IVVV met name [in] Zuid-Amerika gebruikt als dam tegen de voortdurende revolutionaire golven.

De invloed van het IVVV in Afrika en Zuid-Amerika neemt voortdurend af. Tijdens het congres werd dit door sommige afgevaardigden geweten aan een te bureaucratisch optreden van het IVVV-hoofdkwartier te Brussel. We twijfelen er niet aan – en tijdens het congres kwamen de bewijzen daarvoor ook op tafel – dat dit Brusselse bureau bureaucratisch is, maar daar gaat het in werkelijkheid niet om. Het IVVV staat in de praktijk altijd aan de kant van het kapitalisme als het er om gaat de arbeidersstaten aan te vallen. Dat is de hoofdzaak, en daaruit moet de afnemende invloed verklaard worden. De laatste bolwerken die het IVVV nog heeft in de koloniale en ex-koloniale landen worden gevormd door wat corrupte, door dollars omgekochte vakbondsleiders die in de meeste gevallen onbetekenende organisaties vertegenwoordigen. Het is in dit verband opmerkelijk hoe het IVVV (met een kleine meerderheid van stemmen en een groot aantal afwezigen tijdens de stemming) de moeilijkheden rondom het Tunesische vakverbond (UGTT) “oploste”.

Bourguiba, het Tunesische staatshoofd, zette, als onderdeel van zijn streven de vakbeweging in dat land gelijk te schakelen, de leider van de UGTT in de gevangenis. Een minderheid in het bestuur van de UGTT zette deze leider, Habib Achour, af (vijf van de negen leiders konden op de vergadering niet aanwezig zijn) en benoemde een nieuwe delegatie naar het IVVV-congres, terwijl het congres van het UGTT nog moest worden gehouden. Het IVVV, bang om z’n invloed in Noord-Afrika geheel te verliezen, deed een concessie en aanvaardde deze nieuwe delegatie terwijl de oorspronkelijke afgevaardigde Tlili werd gedegradeerd tot waarnemer.

In Zuid-Amerika is de houding van de IVVV-bonden (die er de naam ORIT dragen) bijzonder contrarevolutionair. Zo zelfs dat er in De Volkskrant schande van wordt gesproken. We hebben een artikel op het oog dat in mei was geschreven en waarin openlijk erkend wordt dat de ORIT met hun ruime budget van de Amerikaanse dollars zich vereenzelvigen met “anticommunistische regimes, waarin voor ware democratie geen plaats is”. De houding van het ORIT in Zuid-Amerika is zo gecorrumpeerd dat zelfs de christelijke vakbonden, die daar met de mond een revolutie bepleiten, zich volkomen van de IVVV-bonden distantiëren. De christelijke vakbonden “betreuren” het, zo meldde de verslaggever van de Volkskrant “dat deze organisaties (de ORIT) zich zo vaak laten gebruiken door niet-democratische partijen en regeringen en daarmee de zaak van de zo noodzakelijke Zuid-Amerikaanse revolutie en die van een werkelijk vrije en onafhankelijke vakbeweging schade doen.”

Het is dan ook wel opvallend maar niet onbegrijpelijk dat het belangrijkste probleem van dit ogenblik, de oorlog in Vietnam, niet tijdens een openbare zitting werd besproken. Er werden tal van resoluties aangenomen waarin o.a. de regiems van Zuid-Afrika, Portugal en Spanje werden aangevallen, maar de Amerikanen hadden kennelijk de concessie weten af te dwingen dat het niet zou komen tot iets wat in de verste verte ook maar zou kunnen lijken op een openlijke veroordeling van het Amerikaanse imperialisme.

Is er nu niets waarbij de Nederlandse arbeiders die in het NVV zijn georganiseerd kunnen aanknopen? Zeker wel.

Daar zijn de al genoemde uitspraken over Zuid-Afrika, Portugal en Spanje die de gelegenheid geven de NVV-leiding te dwingen werkelijk iets te doen tegen de fascistische regiems in die landen. De NVV-leiding moet er voortdurend aan herinnerd worden dat ze bij voorbeeld, ook al in strijd met vroegere IVVV-resoluties altijd geweigerd heeft op grote schaal iets te doen aan de boycot van Zuid-Afrikaanse goederen. De NVV-leden zouden kunnen eisen dat in de bondsbladen betere en regelmatiger voorlichting werd gegeven over de strijd van de Portugese arbeidersklasse tegen Salazar, het NVV zou rijdende tentoonstellingen over die strijd – en hetzelfde geldt uiteraard voor Spanje – moeten organiseren en niet moeten verhullen dat het dank zij de NAVO is, waar Nederland lid van is, dat Portugal de meedogenloze strijd tegen de vrijheidsstrijders in z’n koloniën kan voortzetten.

In verband met de Zuid-Afrikaanse apartheidspolitiek had Trouw van 19 juli een interessant bericht. Er werd daarin gesproken over “alarmerende feiten” die er op wijzen dat de economische expansie in Zuid-Afrika “langzaam maar zeker zal gaan afnemen”. O.a. komt dit, zo schrijft Trouw, door een “verontrustend tekort aan leidinggevend personeel”. Geen wonder als men weet dat ook hier de discriminatie doorwerkt en de overwegend niet-blanke bevolking geen kans krijgt leidinggevende posities te veroveren: ze mochten in een bedrijf eens “boven” een blanke komen te staan.

Maar nog belangrijker is wat Trouw schrijft over de teleurstellende exportresultaten. Als een van de oorzaken daarvan wordt met name genoemd de “internationale boycot van Zuid-Afrikaanse producten!”

En dat terwijl de NVV leiding aankomt met het smoesje dat de boycot toch niet veel zal uithalen omdat alle landen er zich niet aanhouden. Trouw levert ditmaal het bewijs van het tegendeel. Op het IVVV-congres werd verder een vrouwenrapport behandeld; dit kan een uitgangspunt zijn om de strijd tegen de nog steeds voortdurende discriminatie in Nederland tegen de vrouwelijke arbeider, te verscherpen.

Wat dat betreft heeft zelfs dit slechte congres mogelijkheden genoeg geboden om de strijd tegen de NVV-bureaucratie te voeren en uit te breiden.